A. Klein Haneveld
0

Reiniging door de hoop – 96

Reiniging door de hoop – Studie nr. 96 uit de serie “De gedachte is …”

1 Johannes 3 : 1-3

Ziet, hoe grote liefde ons de Vader gegeven heeft, namelijk dat wij kinderen Gods genaamd zouden worden. Daarom kent ons de wereld niet, omdat zij Hem niet kent.
Geliefden, nu zijn wij kinderen Gods, en het is nog niet geopenbaard, wat wij zijn zullen. Maar wij weten, dat als Hij zal geopenbaard zijn, wij Hem zullen gelijk wezen; want wij zullen Hem zien, gelijk Hij is.
En een ieder, die deze hoop op Hem heeft, die reinigt zichzelven, gelijk Hij rein is.

Gelovigen zijn kinderen Gods, dat is openbaar, maar “wat wij zijn zullen” is nu nog niet openbaar. Dat wacht op de toekomstige openbaring van de Here Jezus Christus, Zijn wederkomst, met Zijn Lichaam. Dan zal blijken dat “wij Hem gelijk zullen wezen”, want dan “zullen wij Hem zien, (= leven in gemeenschap met Hem) zoals Hij is”. Dat – door Paulus genoemd “onze aanstelling tot zonen” – zou dé hoop van elke gelovige moeten zijn.

Een levende hoop

Petrus noemt dit een “levende hoop”, (1 Petrus 1 : 3) die actief is en dus ons praktische leven bepaalt. Johannes benadrukt in vers 3 het grote belang van “deze hoop op Hem”, namelijk: “die reinigt zichzelven, net zoals Hij rein is.” Zo vindt onze reiniging plaats. We hebben die “hoop op Hem” en maken ons afhankelijk van de Heer, onderwerpen ons aan Zijn Woord, naderen tot de Troon der genade, houden onze onderlinge bijeenkomst in stand, bieden ons lichaam aan tot Gode welbehaaglijk offer en laten ons gemoed (denken) veranderen. Zo reinigt de Heer ons, met name ons geweten (= ons weten).

En dat alles opdat wij de levende God kunnen dienen. Dat kan niet zolang wij onszelf zien als zondaren of ergens schuldig aan. Zolang dat ons belemmert om tot de Heer te naderen om Hem te dienen, zullen wij nooit verlost worden van het zonde- en het schuldbesef. En dan ben je onbekwaam om de levende God te dienen. Als je hier de levende God niet dient, ben je misschien wel een kind van God, maar je zult nooit een zoon – erfgenaam – van God worden.

De reiniging van het geweten van het kind van God

1 Johannes 3 : 5 zegt: En gij weet, dat Hij geopenbaard is, opdat Hij onze zonden zou wegnemen; …

In vers 5 gaat het dus niet over de zonden van de wereld, maar over de zonden van gelovigen. Het gaat niet om de reiniging van het geweten van de zondaar, van de mens in het algemeen, maar om de reiniging van het geweten van het kind van God. 

Het gaat het dus niet om het werk dat de Here Jezus volbracht heeft aan het kruis van Golgotha, maar om Zijn werk en functie nú, als onze Hogepriester van het Nieuwe Verbond, om dat wat Hij nu voor ons doet. Hij zou het effect van onze zonden wegnemen. Dat gebeurt ook, maar daar is een voorwaarde aan verbonden.

Deze hoop op Hem

De gelovige, nu ook nog levend “in het vlees”, heeft in de praktijk pas een “gereinigd weten”, als “deze hoop op Hem” er is. Alleen zo maakt God ons bekwaam om dienaren van het Nieuwe Verbond te zijn. Er is geen andere route dan deze! Proberen onder te wet te leven, al is het zelfs maar een beetje, is kansloos. Dan is Christus ons niet van nut, zegt de apostel Paulus. Galaten 5 : 4:

Christus is u ijdel geworden, die door de wet gerechtvaardigd wilt worden; gij zijt van de genade vervallen”.

Waar wij vasthouden aan de wet, krijgen wij Zijn genade niet. Oei! Snel loslaten dus, om in de praktijk van ons leven vanuit een rein geweten “de rechtvaardigheid te doen”. (1 Johannes 3 : 10) De verzekering van Godswege is, dat als wij leven uit Zijn genade alleen, en onze hart en leven aan Hem toevertrouwen, Hij voor ons zal zorgen.


Deze studie is beschikbaar als gratis PDF – Wire-O ingebonden op papier kan via de printshop (bijv. onlyprint.nl)


Reiniging door de hoop

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *