Uitvaartverdriet
Div. onderwerpen
0

Uitvaartverdriet

Vandaag is de dag erna en ik heb last van “uitvaartverdriet”. De vorige uitvaart had ik dat niet. Oprecht blij was ik dat een wedergeborene, een kind van God, de strijd gestreden had. Haar ziek en gekweld lichaam had zij achtergelaten en ze had haar ogen opgeslagen op de plaats waar zij als gelovige al reeds lang was: bij Christus haar Heer en Heiland in de hemel. Blij was ik met haar getuigenis en met het Evangelie, dat zo mooi en sterk verteld was op de afscheidsdienst. Opgebouwd was ik door geloofversterkende liederen, krachtig met elkaar gezongen, met als hoogtepunt “U zij de glorie, opgestane Heer…” Zo mooi kan een afscheidsdienst zijn, dacht ik toen. Daarom staat die afscheidsdienst op deze website.

Behouden op grond van persoonlijk geloof in de Here Jezus Christus

Het contrast met de uitvaart van gisteren was helaas groot. Ook hierbij was de niet te winnen strijd – in dit geval met Alzheimer en ouderdom – gestreden. Het grote lijden was gelukkig voorbij. Daarover kan ik blij zijn voor de persoon in kwestie en haar dierbaren, maar meer zit er jammer genoeg niet in. Zekerheid dat zij als wedergeboren kind van God inmiddels de Here Jezus Christus mag aanschouwen, heb ik niet. Ik weet eenvoudigweg niet of zij in haar leven voldaan heeft aan die ene voorwaarde om toegevoegd te kunnen worden aan de Gemeente Gods, met reeds nu al burgerschap in de hemel. (o.a. Efeze 2) De natuurlijke mens wordt behouden op grond van persoonlijk geloof (= vertrouwen) in de Here Jezus Christus en het aanroepen van Zijn Naam, indachtig de woorden van Petrus in Handelingen 4 : 12:

En de zaligheid is in geen Anderen; want er is ook onder den hemel geen andere Naam, Die onder de mensen gegeven is, door Welken wij moeten zalig worden.

En bijvoorbeeld (er zijn er veel meer) op basis van de woorden in Johannes 3 : 16:

Want alzo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij Zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft, opdat een ieder die in Hem gelooft, niet verderve, maar het eeuwige leven hebbe

Romeinen 10 : 9, 10

En ten slotte (voor nu) deze woorden in Romeinen 10 : 9, 10:

Namelijk, indien gij met uw mond zult belijden den Heere Jezus, en met uw hart geloven, dat God Hem uit de doden opgewekt heeft, zo zult gij zalig worden.
Want met het hart gelooft men ter rechtvaardigheid en met den mond belijdt men ter zaligheid.

Ik noem nu slechts een paar Schriftgedeelten, maar er zijn er veel meer die spreken over hoe de sterfelijke mens, sinds de opstanding van de gekruisigde Jezus van Nazareth, het verderf (de dood) kan overwinnen. Dat kan alleen via één Naam: de Here Jezus Christus. De mens moet persoonlijk (in het hart) voor zijn of haar behoud erkennen wat Petrus uitsprak tijdens de “Pinksterrede” in Handelingen 2:

Zo wete dan zekerlijk het ganse huis Israëls, dat God Hem tot een Heere en Christus gemaakt heeft, namelijk dezen Jezus, Dien gij gekruist hebt.

Wie in zijn hart kan zeggen dat de opgestane Jezus van Nazareth waarlijk God en Christus is, zal dit met de mond belijden. Anderen kunnen het horen of lezen. Het is bekend.

Cruciaal, absoluut van levensbelang, is het dat de mens in zijn hart aanvaardt dat God Zelf de gekruisigde Jezus tot Heere (vertaald naar het Hebreeuws staat hier Jehovah, waar Heere staat) en Christus gemaakt heeft. Het is in deze tijd dat de Here Jezus Christus aangeroepen moet worden als vervulling van de aloude belofte uit het Oude Testament, o.a. aangehaald in Handelingen 2:

En het zal zijn, dat een ieder, die den Naam des Heeren zal aanroepen, zalig zal worden.

In deze tijd is de volledige Naam des Heeren: de Here Jezus Christus. De betekenis van die Naam is veelomvattend en in ieder geval dat Hij God is! De Bijbel zegt zelf dat er maar één Ware God is en de mens op zoek naar waarheid zou hem – sinds de opstanding van Jezus van Nazareth – leren kennen als De Here Jezus Christus. De apostel Paulus zegt er in Hebreeën 1 dit van:

God, voortijds veelmaal en op velerlei wijze, tot de vaderen gesproken hebbende door de profeten, heeft in deze laatste dagen tot ons gesproken door den Zoon;
Welken Hij gesteld heeft tot een Erfgenaam van alles, door Welken Hij ook de wereld gemaakt heeft;
Dewelke, alzo Hij is het Afschijnsel Zijner heerlijkheid, en het uitgedrukte Beeld Zijner zelfstandigheid, en alle dingen draagt door het woord Zijner kracht, nadat Hij de reinigmaking onzer zonden door Zichzelven te weeg gebracht heeft, is gezeten aan de rechter hand der Majesteit in de hoogste hemelen;
Zoveel treffelijker geworden dan de engelen, als Hij uitnemender Naam boven hen geërfd heeft.

In zijn brief aan de Filippenzen schrijft Paulus:

Daarom heeft Hem ook God uitermate verhoogd, en heeft Hem een Naam gegeven, welke boven allen naam is;
Opdat in de Naam van Jezus zich zou buigen alle knie dergenen, die in den hemel, en die op de aarde, en die onder de aarde zijn.
En alle tong zou belijden, dat Jezus Christus de Heere zij, tot heerlijkheid Gods des Vaders.

Alle “tong” zal belijden (vroeg of laat) dat Jezus Christus de Here God is! Dit tot heerlijkheid van God de Vader, want het is de Vader die de Zoon, als Erfgenaam, deze “uitnemender naam” en op deze allerhoogste positie gesteld heeft. Alleen tot Hem zouden wij gaan voor behoud en eeuwig leven. Dat zouden wij in ons hart erkennen en met onze mond belijden. Daarmee worden wij wedergeboren tot nieuwe schepping en ontvangen wij per direct eeuwig (= onvergankelijk) leven. O heerlijk Evangelie!

Geloof in Jehovah, conform de leringen van het wachttorengenootschap

Terug naar de uitvaart. Het bovenstaande heb ik nooit zo mogen vernemen uit de mond van de overledene. Ik weet dus niet of zij persoonlijk de Here Jezus Christus in de door God gestelde positie heeft aanvaard. Het is mij eenvoudigweg onbekend en dat maakt verdrietig. Ook tijdens de uitvaartplechtigheid werd mij dit niet duidelijk. De aldaar gesproken woorden spraken wel van haar geloof in Jehovah, maar dan wel conform de leringen van het wachttorengenootschap (wtg), de organisatie achter de Jehovah Getuigen (JG). Het vervelende is dat die leringen helemaal niet overeenstemmen met het eerdergenoemde. Zeggen of schrijven dat de Here Jezus Christus de hoogste Naam is, omdat Hij God Zelf is, is daar echt vloeken in de kerk. Dat Jehovah en Jezus namen zijn bij één Wezen, God Zelf, wordt in alle toonaarden ontkend. Zelfs hun eigen bijbelvertaling is op talrijke plaatsen aangepast om het idee dat Jezus Christus niet de Schepper, de allerhoogste God is, maar een schepsel, overeind te houden.

De Jehova Getuigen leer wijkt af van wat de Schrift toch heel duidelijk leert. Wie zich daarmee tevreden stelt en deze leer stelt boven wat God Zelf gezegd heeft, is in de praktijk een volgeling van het wtg. Dat deze organisatie het lidmaatschap en de aanvaarding van haar leringen rechtstreeks koppelt aan een volgeling van God zijn, wil uiteraard niet zeggen dat een Jehova Getuige automatisch een volgeling is van de Here Jezus Christus. Daarvoor is die persoonlijke aanvaarding in het hart nodig, aangevuld met het met de mond belijden van wat men in het hart gelooft.

Ik kom dus niet verder dan de conclusie dat de overledene in ieder geval een volgeling van het wtg was, waarbij uitgesproken is dat zij vertrouwde op Jehovah, maar dat ik niet weet of zij een wedergeboren Christen was op basis van haar geloof in alléén de Here Jezus Christus. Ik weet wel dat het vertrouwen in het wtg zo groot was, dat er geen ruimte was voor wat de Schrift werkelijk leert. En dat maakt ook verdrietig, want daardoor is zoveel aan haar voorbijgegaan. De rijkdom van Gods Woord bleef verborgen in die 60 jaar dat zij Jehovah Getuige was. De helaas foutieve leringen van de JG stonden in de praktijk de werking van de Heilige Geest in de weg. En dat voor zo’n lange periode! Hoeveel te meer had zij in de afgelopen 60 jaar Christus kunnen leren kennen als het wtg niet in haar leven was geweest. Ontzettend veel!

Wat is het jammer dat niet de Here Jezus Christus rechtstreeks haar middelaar is, maar een aardse organisatie. Het wtg leert nu eenmaal dat de “gewone” Jehova Getuige, die een aardse hoop heeft en niet opgenomen is in het nieuwe verbond, slechts een “begunstigde” is van het middelaarschap van Jezus, maar dan wel via het “instrument” dat het wtg daar tussen heeft geplaatst. (Zie o.a. Wachttoren 15-12-2008, blz. 12-16

“En hoe staat het met degenen die niet in het nieuwe verbond zijn opgenomen, die voor eeuwig op aarde hopen te leven, niet in de hemel? Zij zijn geen deelhebbers aan het nieuwe verbond, maar wel begunstigden ervan. Ze ontvangen vergeving van hun zonden en worden rechtvaardig verklaard als Gods vrienden (Jak. 2:23; 1 Joh. 2:1, 2). Of we nu een hemelse of een aardse hoop hebben, ieder van ons heeft goede redenen om Jezus’ rol als Middelaar van het nieuwe verbond te waarderen.”

Deze lering staat in schril contrast met wat mijn Bijbel er kort en krachtig over zegt in 1 Timothéüs 2:

Want dat is goed en aangenaam voor God, onzen Zaligmaker;
Welke wil, dat alle mensen zalig worden, en tot kennis der waarheid komen.
Want er is één God, er is ook één Middelaar Gods en der mensen, de Mens Christus Jezus;

Cirkelredeneringen en selectief winkelen in de Bijbel

De lezing van haar kleinzoon tijdens de uitvaart deed het verdriet niet slinken. Ik ken hem al zo lang en weet dat het een goede vent is en dan doet het zeer te zien dat hij vol overtuiging de leer van het wtg overbrengt in alles wat hij vertelt. Ik meen dat hij dit oprecht doet, maar hij zou toch verder moeten kijken dan de cirkelredeneringen van het wtg. Zeker als je zegt dat je altijd de waarheid wil vertellen. Nu werd de lezing een vorm van “selectief winkelen” in de Bijbel, op basis van de leringen die Jehovah’s Getuigen uitvoerig verspreiden. De leringen van het wtg zijn bepalend en daarvoor worden links en rechts, in een hoog tempo, passend lijkende teksten uit hun verband gerukt. Het leidt tot de bekende cirkelredeneringen, waarbij het oppervlakkig lijkt te kloppen. Dat is echter absoluut niet het geval voor degenen die de Bijbel echt kent.

De leer van de zielenslaap en de opstanding

De belangrijkste lering van deze uitvaartdienst was die van het Paradijs en de toekomstige lichamelijke opstanding van de overledene als dat paradijs op aarde gevestigd zal zijn. Volgens de kleinzoon was het rotsvaste vertrouwen van de overledene dat zij een opstanding in het vlees (maar dan wel jong en volmaakt) zou krijgen. Het leven op een paradijsaarde zou dan vol vreugde zijn. Hij zag de beelden van een gelukkig leven voor zich en deelde die met de toehoorders. Uiteraard gelooft hij ook daarin en dat geldt eveneens voor de meeste aanwezigen (Jehovah Getuigen) van de uitvaartdienst. De spreker ging in op wat de dood is en hij verkondigde, met behulp van een paar teksten, maar ook door het weglaten van andere Schriftgedeelten die iets anders zeggen, de zienswijze die wij kennen als “de leer van de zielenslaap” (Calvijn en de Zevendedagsadventisten waren aanhangers daarvan).

Geen Bijbelse leer, ondanks dat daarvoor een paar bijbelteksten aangehaald werden. Helaas wel een leer die belangrijk is voor de Jehovah Getuigen. Het is onderdeel van het “plaatje” dat eindigt in de opstanding op de paradijsaarde ten tijde van de 1000 jaar dat de satan gebonden zal zijn. De overledene weet dus van niets – omdat zij slaapt – en wordt wakker in het paradijs. Dit moet een troost zijn voor de achterblijvers, die óf dezelfde weg gaan óf de grote verdrukking en het oordeel van Armageddon overleven (als zij trouw zijn…) en dan degenen die eerder gestorven zijn mogen begroeten. Als je het zo zegt, is het ook een troost, alleen… het is niet waar! Dit leert de Bijbel niet over degenen die in deze tijd (tussen de opstanding van Jezus en Zijn Wederkomst) sterven. De Schrift is helemaal niet onduidelijk over waar de gelovigen – en ook de ongelovigen – bij hun overlijden naar toe gaan (of al zijn) en hoe het daar aan toe gaat. Wat het wtg op dit gebied leert is in ieder geval niet van toepassing op de tijd waarin wij nu leven. Het voert in dit verband te ver om dat uit te werken, maar zoek het maar uit, zeg ik dan. Sla de Schrift open, denk na en volg Bijbelstudie, maar dan niet van het wtg, want voor je het weet zit je weer gevangen in cirkelredeneringen en lijkt het te kloppen zonder dat het dit doet.

Het maakt verdrietig te zien dat dierbaren en zoveel anderen hun hoop stellen op een leer die niet de waarheid is, ondanks dat het zo vaak gezegd wordt dat het de waarheid is. Daar heeft het wtg patent op. Men zegt steeds luid en duidelijk dat het de waarheid is wat men leert. Er worden speciaal liederen voor geschreven, alleen gezongen door Jehova Getuigen, om het ook langs die weg te bevestigen. Het tijdens de uitvaartdienst gekozen lied bevestigde helaas de verkeerde leer. Jammer. De JG accepteren dat het wtg de eigen leringen als absolute waarheid betitelt. Zij onderzoeken de “bewijzen” niet of nauwelijks, gaan mee met de beruchte cirkelredeneringen, stoppen met nadenken en roepen vervolgens na dat het de waarheid is. Maar daarmee is dat natuurlijk niet het geval. Het blijft een leugen, of er nu weinig of veel waarheid in zit.

Het is een verdrietige constatering dat alle goeds dat de Heer te geven heeft, onbekend blijft en niet beetgepakt wordt door onze naasten. “Gezegend zij de God en Vader van onzen Heere Jezus Christus, Die ons gezegend heeft met alle geestelijke zegening in den hemel in Christus“, aldus Efeze 1. Dat is de echte basis van het leven van een gelovige. Daar zou iedere gelovige op vertrouwen en uit leven.

De gelovige is op grond van het geloof ván de Here Jezus en zijn of haar geloof ín Christus een wedergeboren nieuwe schepping geworden en heeft – zoals van oudsher beloofd – nu alreeds het eeuwige en dus onvergankelijke leven ontvangen. Alle andere lering is geen evangelie. Helaas ontkent het wtg dat een Getuige van Jehovah nu wedergeboren (uit water en Geest; Johannes 3) moet zijn om het Koninkrijk Gods in te gaan. Dramatisch, want dat betekent dat degenen die het Koninkrijk verkondigen er zelf niet in zullen gaan. Alweer een verdrietig stemmende constatering.

Wat is het jammer dat het wtg Gods Plan niet kent en geen weet heeft van de bedelingen. Het niet weten in welke tijd wat speelt, het voor eigen gewin selectief winkelen in de Bijbel en het lukraak van toepassing brengen van uitspraken op zichzelf, heeft een verwoestende uitwerking op de gewone Jehova Getuige. In de praktijk vertrouwt deze op het wtg en niet op de Woorden Gods. Het is mijn bede dat dit mag veranderen. Luister alleen naar de Here Jezus Christus, de Enige middelaar tussen God en de mensen. Kom tot geloof in Hem alleen! Aanvaard geen andere boodschap. Paulus zegt daarover in Galaten 1.

Ik verwonder mij, dat gij zo haast wijkende van dengene, die u in de genade van Christus geroepen heeft, overgebracht wordt tot een ander Evangelie;
Daar er geen ander is; maar er zijn sommigen, die u ontroeren, en het Evangelie van Christus willen verkeren.
Doch al ware het ook, dat wij, of een engel uit den hemel u een Evangelie verkondigde, buiten hetgeen wij u verkondigd hebben, die zij vervloekt.
Gelijk wij te voren gezegd hebben, zo zeg ik ook nu wederom: Indien u iemand een Evangelie verkondigt, buiten hetgeen gij ontvangen hebt, die zij vervloekt.

Het is droefenis te weten dat deze uitspraak hoogstwaarschijnlijk geen vat heeft op de Jehova Getuigen die de uitvaart van gisteren hebben meegemaakt. Het is verdrietig dat ik en andere wedergeboren familieleden dit niet kunnen vertellen aan hen. Wellicht komt er een moment van inzicht en kiest men onvoorwaardelijk voor alleen de Here Jezus Christus, zodat ook deze woorden uit 1 Petrus 2 van toepassing mogen zijn:

Geloofd zij de God en Vader van onzen Heere Jezus Christus, Die naar Zijn grote barmhartigheid ons heeft wedergeboren, tot een levende hoop, door de opstanding van Jezus Christus uit de doden.
Tot een onverderfelijke, en onbevlekkelijke, en onverwelkelijke erfenis, die in de hemelen bewaard is voor u.

Ik heb liever geen uitvaartverdriet meer, maar ik ben bang dat er niet aan te ontkomen valt…


Uitvaartverdriet

uitvaartverdriet

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *