A. Klein Haneveld
0

De brief aan Filémon – 26

De brief aan Filémon.

Filémon : 10, 11, 15, 16

10 Ik bid u dan voor mijn zoon, denwelken ik in mijn banden heb geteeld, namelijk Onésimus;

11 Die eertijds u onnut was, maar nu u en mij zeer nuttig; denwelken ik wedergezonden heb;

15 Want veellicht is hij daarom voor een kleinen tijd van u gescheiden geweest, opdat gij hem eeuwig zoudt weder hebben. De brief aan Filémon

16 Nu voortaan niet als een dienstknecht, maar meer dan een dienstknecht, namelijk een geliefden broeder, inzonderheid mij, hoeveel te meer dan u, beide in het vlees en in den Heere.

Typologische betekenis slaaf Onésimus

Deze brief van de apostel Paulus gaat over de slaaf Onésimus en staat in de Schrift vanwege zijn typologische betekenis. Die is erg veelzijdig. Onésimus was eerst onnuttig. Daarna liep hij weg (hij week af). In zijn “afwijking” kwam hij tot geloof en vervolgens werd hij teruggestuurd naar zijn oorspronkelijke heer.

Zo is het ook met Israël en met de wereld en de mensheid. Die hebben zich allen van God afgekeerd. In die afkering heeft de mensheid (de wereld) een ontmoeting gehad met Iemand die het Woord heeft voorgehouden, namelijk de Here Jezus Christus. Daarna keerde (een deel van) de mensheid terug tot God. De brief aan Filémon is dus de uitbeelding van Gods verlossingswerk, op diverse niveaus.

Deze studie is beschikbaar als gratis PDF


De brief aan Filémon

De brief aan Filémon 

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *