“Ik geloof niet zozeer in de historische persoon, maar wel in het idee Jezus.” Woorden van die strekking zei iemand pas tegen me en alles in me trok samen en een misselijk gevoel maakte zich van mij meester. Op een christelijke school had die persoon bovenstaande gedachte onderwezen gekregen door een godsdienstdocent.
Waarom ik er bijna letterlijk ziek van werd dat een puber dergelijke dingen zei? Gelovige ouders sturen hun kind, van wie zij zielsveel houden, naar een christelijke school, in de hoop dat het daar in hetzelfde christelijke geloof verder opgevoed wordt. In plaats daarvan krijgt hun kind twijfel gezaaid door mensen die beter zouden moeten weten. Laten we de parallel trekken met een peuterspeelzaal: ouders brengen hun kind daarheen in het vertrouwen dat er goed voor hun kind gezorgd wordt. Iedereen zou in opstand komen wanneer men te horen krijgt dat de kinderen er benzine in plaats van melk te drinken krijgen. Volstrekt begrijpelijk natuurlijk, benzine drinken is dodelijk.
Maar vanwaar dan de lethargische, onverschillige houding wanneer het om geestelijk gif gaat?
Geen weldenkend gezond mens zal een kind bewust giftig voedsel of drinken toedienen, maar het lijkt een totaal ander verhaal wanneer het over geestelijk voedsel gaat. Dat de mens meer is dan een lichaam moge duidelijk zijn, dat de geest meer is dan het lichaam ook. Geen mens verliest een deel van zijn persoon wanneer hij nagels knipt, of naar de kapper gaat. Het is maar een dood stuk van je lichaam wat je achter je laat. Het laat ons tamelijk onverschillig, al kunnen we ons er soms nog wel druk om maken hoe we er vervolgens uit zien na zo’n bezoekje aan de kapper, maar dat terzijde. Mijn punt is dat het lichaam sterfelijk en tijdelijk is, de schade hieraan is dus ook tijdelijk. De geest is eeuwig, schade hieraan dus ook.
Wie je bent, verandert niet door een bezoek aan de kapper, maar wel degelijk door de dingen die je hoort en ziet. Je verandert wie je bent door je geestelijk voedsel. De informatie die je tot je neemt, beïnvloedt namelijk de keuzes die je maakt. En de keuzes die je maakt, bepalen wie je bent en wie je wordt.
Er is een strijd gaande, een strijd om de ziel van de mens. Die strijd kennen we allemaal. Je lichaam wil het één, maar jij weet dat je eigenlijk iets anders zou moeten doen. Als we op dieet zijn of andere goede voornemens hebben, falen we vaak meer dan eens. Het besef groeit dan, als het goed is, dat je als mens niet deugt. Dit besef groeit nog meer wanneer we leren over Jezus. Hij was namelijk wél zonder zonde. Hij deed namelijk níets fout, nooit! Daarmee was Hij Degene Die de breuk tussen God en Zijn Schepping herstelde. Sinds de dood en opstanding van Jezus Christus hebben wij vrij toegang tot God, wanneer we geloven in Jezus Christus. Hij is de Weg, de Deur uít deze wereld, waar de dood zo nadrukkelijk aanwezig is, naar de hemel, waar leven is. Eeuwig leven, voor iedereen die gelooft.
Ik bid u dan: láát u met God verzoenen. Kies wie je dienen wilt: je vlees, je lichaam, de zonde, of God. En als ik u een tip mag geven, kies het Leven, kies voor God! De mens kan God niet dienen, dat weet ik. Religie is nutteloos en godsdienst is zinloos, maar geloof is nuttig en zinvol. Door geloof ben jij het namelijk niet meer die bepaalt welke kant je leven opgaat, maar door geloof ontvang je Zijn Geest en Die leidt je in de Waarheid. In héél de Waarheid en Hij leert je Zijn Woord te begrijpen.
Zoals met vrijwel alles is de werkelijkheid precies het omgedraaide van wat je vaak hoort of leest. De zondag is niet de laatste dag van de week, het is de eerste dag van de week. Zoek éerst het Koninkrijk van God in plaats van je eerst zorgen te maken om allerlei onbelangrijke dingen. Zo ook met de persoon Jezus Christus. Het is de geschiedenis van de mensheid door geprofeteerd dat Hij zou komen. Voorbeelden zijn er te over van geschiedenissen die typerend zijn voor de rol die Jezus zou gaan vervullen. Deze geschiedenissen zijn de wereld over gegaan, met recht, want ze waren van belang voor de wereldgeschiedenis. Noach, Abraham, Jozef en Mozes zijn niet zomaar figuranten in een serie Oud Testamentische mythes, ze zijn mannen geweest die de wereldgeschiedenis mede hebben vormgegeven. Hun woorden en daden zijn bewaard gebleven en doorverteld. Soms onder andere namen; in een andere taal is ook iemands naam anders. Dat wil niet zeggen dat het verschillende personen zijn. Karel de Grote heet ook wel Charlemagne, Charles the Great of Carolus Magnus in respectievelijk het Frans, Engels of Latijn.
Dat er overeenkomsten zijn in de geschiedenissen van Noach, Abraham, Jozef en Mozes is niet toevallig. De idee erachter is inderdaad hetzelfde: zij zijn types van Jezus Christus. Zij deden dingen en spraken woorden die typerend waren voor de komende Verlosser. Dus ja, de idee van Jezus Christus is er, die bestaat en bestond. Johannes noemt dat het Woord: “In het begin was het Woord en het Woord was bij God en het Woord was God en door het Woord zijn alle dingen gemaakt”. In Spreuken wordt gesproken over de Wijsheid, maar of het nu gaat om types, het Woord of de Idee, zij culmineren in de persoon van Jezus Christus.
God doet geen half werk. Waar Pythagoras het bij de formulering van ideeën hield en het uitwerken en gestalte geven ervan ondergeschikt achtte, daar maakte Mozes wel degelijk een tastbare uitbeelding van het plan van God in de vorm van de tabernakel en de dienst die er gedaan werd. Zo ook de Heer Zelf. Alle wijsheid en waarheid komt samen in de persoon Jezus Christus. Hij werd mens, zoals u en ik. Hij maakte dezelfde dingen mee als wij en Hij had zo’n volkomen geloof, dat Hij de Wet van God vervulde. Hij stierf voor onze zonden, bracht daarmee tweeduizend jaar geleden vergeving voor ieder, of je nu berouw hebt of niet. Hij stond op uit de dood en Hij geeft daarmee nieuw leven aan ieder die in Hem gelooft. Door het geloof in Hem ontvang je Zijn Geest. En Díe leidt je in héél de Waarheid dóór dit aardse leven heen naar Hem, tot eer van Hem!